Kibbelingen

Gesprekken, gesprekken en nog eens gesprekken. Dat is zo ongeveer het leven van een student Toegepaste Psychologie. En van de docent. Hoewel; dat is natuurlijk een beetje overdreven. Door de vakken die ik geef, lijkt het er soms echter wel op. Op dit moment dompel ik mij onder in de assessments voor oplossingsgerichte gespreksvoering: niet zozeer focussen op een probleem, maar met een cliënt op zoek naar momenten dat het probleem zich niet voordoet of naar dingen die tot nu toe al hebben geholpen. Om te laten zien wat ze geleerd hebben, voeren de studenten aan het eind van het vak tien minuten een gesprek voor de klas. Één iemand is de gespreksleider, twee studenten doen de tegenrollen en de rest van de klas kijkt toe om later feedback te geven. Ze gaan los op ingewikkelde casussen die ze zelf hebben bedacht. Over het algemeen gaat dit vrij serieus. Het is tenslotte een assessment. Toch gaat er uiteraard ook wel eens iets mis.

Tijdens de laatste les gingen we op in een casus waarbij een moeder op leeftijd werd ondersteund door haar dochter vanwege niet aangeboren hersenletsel. Er speelden veel ruzie en irritaties. Door de gesprekken werd dat minder. Ineens verwoordde de dochter het als volgt: ‘We hebben natuurlijk heel wat kibbelingen, maar over het algemeen gaat het best goed.´ Een korte stilte volgde. Precies genoeg om bij iedereen het kwartje te laten vallen dat het heel lachwekkend is om kibbelingen te hebben. De zogenaamde moeder schoot als eerste in de lach. Hét teken om massaal de slappe lach te krijgen. Ik had natuurlijk mijn gezicht strak kunnen houden, meewarig kunnen knikken en zo snel mogelijk een beroep kunnen doen op professionaliteit. Helaas. Dit was echt te veel van het goede. Kibbelingen en een klas vol schaterende studenten. Ik heb heerlijk meegelachen! Ongepast? Teveel één met de studenten? Ongeloofwaardig? Ik vind van niet. Het werkte op dat moment bevrijdend voor iedereen en ik mocht een voorbeeld zijn als het gaat om het maken van plezier. Uiteraard met grenzen. Toen de ergste lachstuipen verdwenen waren, zijn we keurig verder gegaan. Met een stuk minder spanning bij diegenen die nog moesten! Hun gesprekken werden kwalitatief gezien zelfs beter. Dus misschien is het wel helemaal geen verkeerd idee om af en toe een stukje lachtherapie in te zetten als dat nodig lijkt. Wat een mooi inzicht: een gratis cadeau bij een spontane bak kibbeling.