‘Jongeren zijn vaker depressief’, kopt Metro afgelopen maandag. Niet geheel toevallig is het die dag ook Blue Monday (zogenaamd de meest sombere dag van het jaar). Ook niet geheel toevallig vindt diezelfde avond het depressiegala plaats. Depressie vraagt aandacht. Terecht? Wordt een depressie hiermee niet teveel gereduceerd tot een dag als Valentijnsdag, terwijl de ziekte veel meer omvat? En klinkt een gala niet veel te feestelijk? Al lezend ben ik benieuwd hoe studenten hierover denken. De hulpverleners van de toekomst. Geheel toevallig (dat dan wel) mag ik de dag erna lesgeven over depressie en zelfmoord bij jongeren en kinderen. Die les geeft onverwacht een prachtige wending aan de discussie.
Na het inbrengen van de actualiteit en mijn vragen daarbij, komt het gesprek snel op gang. Daar waar het soms even duurt voor studenten hun mening uiten, is dat nu zeker niet het geval. De een vindt dat er een taboe heerst op het onderwerp, de ander verwoordt de toenemende druk om een mooi en perfect leven te leiden. Een depressiegala vinden ze allemaal ietwat merkwaardig. Het onderwerp leeft. Dat wordt nog duidelijker als we de stap maken naar het thema zelfmoord. Soms het eindstation van een depressie. We bekijken een reportage over Steve, die een eind aan zijn leven maakte toen hij 16 was. Zelden is het zo muisstil geweest tijdens een hoorcollege. Alle ogen kijken aandachtig naar het scherm. Er zijn geen telefoons, geen laptops; niks leidt af van de indrukwekkende beelden. Wanhoop, verborgen pijn, verdriet bij de achterblijvers, een afscheidsbrief, alles komt langs. Het is voelbaar. Even ben ik ontroerd. Aan de ene kant door de inhoud, aan de andere kant door de studenten die hier zo serieus en genuanceerd mee omgaan. Ik ben trots op ze. En dan ineens is daar de nabespreking. Een student steekt voorzichtig haar vinger op. Ze herkent veel: haar zusje heeft onlangs een poging gedaan. Nog een student reageert: ze heeft een vriendin verloren door zelfmoord. De derde volgt: iemand van de basisschool maakte jong een einde aan zijn leven. Wat heftig! Wat mooi dat ze er zo openhartig over zijn. Daarmee wordt, nog sneller dan bij het openingsgesprek, op een bijzondere manier duidelijk hoe belangrijk het is om in gesprek te blijven over de ziekte die depressie heet (en over andere psychische problemen). Ook weet ik weer hoe belangrijk het is dat studenten zich veilig genoeg voelen om hun verhaal te delen. Hoewel ik niet geloof in Blue Monday, heeft deze dag toch het gesprek op gang gekregen en aandacht gecreëerd voor het onderwerp. Soms heiligt het doel de middelen, al was het maar een blauwe maandag.